Prins, Izak

Izak Prins was een geschiedkundige, publicist en kunstkenner afkomstig uit Nederland. Hij werkte aanvankelijk als advocaat in Amsterdam (1918-1932). Prins, van jongs af aan zionist, was erg actief in het Joodse gemeenschapsleven in Nederland. Hij was commissaris van de KKL en (mede)oprichter van o.a. het Genootschap voor de Joodse Wetenschap, de jeugdbeweging Macbi (in Haarlem) en de Zionistische Raad. Prins had eveneens, met J.S. da Silva en de Utrechtse rabbijn Justus Tal, het literaire tijdschrift De Vrijdagavond (1924-1932) opgestart. In 1930 verhuisde hij voor zijn historisch onderzoek over de Marranen naar België. Rond 1935 begon Prins archiefmateriaal te verzamelen over de Brusselse Joodse bevolking. Samen met David Trocki was hij de initiatiefnemer van de tentoonstelling over het Belgische Jodendom gehouden in de Brusselse Koninginnegalerij (1938), waarvoor Prins het materiaal had bijeengebracht. Zijn eigen onderzoeksdocumentatie heeft hij wegens het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog nooit grondig kunnen verwerken. Prins kon tijdens de oorlog naar Zwitserland vluchten en emigreerde na de oorlog naar Jeruzalem, waar hij zijn onderzoek verderzette. Izak Prins is het best gekend voor zijn historische werk over de Joden in België en Nederland – zie zijn De vestiging der Marranen in Noord-Nederland in de XVIde eeuw (1927) en verschillende artikels in o.a. het (Belgische) tijdschrift Tribune juive.