Martchouk, Chaïe

Chaïe Martchouk, geboren in Bogopol (Oekraïne) in 1902 en kinesitherapeute van opleiding, werd in 1928 lid van de KPB. Binnen de partij bekleedde ze jarenlang verschillende functies – onder andere secretaresse van het zelfstandig kledingsyndicaat Nodl Fareyn, verantwoordelijk uitgeefster van Le Drapeau Rouge-De Rode Vaan, medewerkster bij Le Jeune Exploité, vertegenwoordigster voor België bij de Profintern in Moskou (1933-1935) en redactrice van communistische pamfletten. Ze was de echtgenote van KPB-kader Georges Van den Boom. Gedurende de Tweede Wereldoorlog was Martchouk actief in het verzet, bij het Onafhankelijkheidsfront. Ze werd in mei 1942 opgepakt en kwam achtereenvolgens in Ravensbrück en Beendorf terecht. In mei 1945 werd ze bevrijd. Na de oorlog zou Claire Martchouk actief zijn in verenigingen als de Amicale des Anciennes de Ravensbrück, de Confédération nationale des Prisonniers politiques et Ayants Droit de Belgique, Fonds social des Prisonniers politiques, Ascendants, Veuves et Orphelins (FONPAVO) en het Onafhankelijkheidsfront, evenals op het politieke toneel als schepen in Anderlecht. Tenslotte zette ze zich ook in voor doelen als het feminisme en het bestrijden van neonazisme, racisme en het verlenen van amnestie. Claire Martchouk stierf in 1991 te Brussel.