Gerechtelijke politie bij het parket van de Procureur des Konings

  • Police judiciaire près le parquet du Procureur du Roi
Identifier
Gerechtelijke politie bij het parket van de Procureur des Konings
Language of Description
Dutch
Level of Description
Record group
Source
EHRI Partner

Biographical History

De gerechtelijke politie (GPP) / police judiciaire (PJP) werd opgericht in 1919. Hoewel al sinds eind 19de eeuw concrete voorstellen circuleerden om een autonome gerechtelijke politie te creëren, werd hiervoor pas na de Eerste Wereldoorlog – met de tijdens de bezetting sterk gestegen criminaliteit nog in het achterhoofd – een breed politiek draagvlak gevonden. De gerechtelijke politie viel onder het gezag en toezicht van de procureurs-generaal, en onder het bestuur van de procureurs des Konings van de gerechtelijke arrondissementen. Het in 1936 opgerichte Commissariaat-Generaal stond in voor de nationale coördinatie van de diverse brigades en het centraliseren van informatie. Het belangrijkste beslissings- en adviesorgaan was het Comité tot regeling van de Gerechtelijke Politie (opgericht in 1927), waarbij in 1949 een adviescommissie werd aangehecht als tegengewicht voor de magistratuur. Daarnaast vermelden we nog het Nationaal Instituut voor Criminologie en Statistiek (waarvan de voorloper werd opgericht in 1920). De Brusselse gerechtelijke politie was veruit de grootste afdeling (bijna de helft van het totale korps) en opereerde vaak buiten haar eigen ambtsgebied, omwille van de centrumfunctie van de hoofdstad, de aanwezigheid van specifieke vormen van criminaliteit evenals het beleid om de informatie uit binnen- en buitenland daar te centraliseren. Tijdens de Tweede Wereldoorlog kon het korps verder blijven functioneren onder voogdij van secretaris-generaal Gaston Schuind; door de chronisch onderbemande politiediensten van de bezetter werd regelmatig beroep gedaan op de Belgische GPP. Het korps werd bij de bevrijding nog versterkt, uit vrees voor de linkervleugel van het verzet. De GPP bleef quasi ongewijzigd tot aan de politiehervorming van 2001, wanneer ze vervangen werd door de federale politie. De opdracht van de gerechtelijke politie was voornamelijk repressief: ze trad op bij het opsporen van allerlei criminele feiten, verzamelde bewijzen en leverde de daders ter bestraffing uit aan de rechtbank. Daarnaast surveilleerde en controleerde de GPP ook politieke groeperingen van zowat alle strekkingen die een mogelijk gevaar konden vormen voor de openbare veiligheid.

This description is derived directly from structured data provided to EHRI by a partner institution. This collection holding institution considers this description as an accurate reflection of the archival holdings to which it refers at the moment of data transfer.
4 Items