Nederlandse oud-gevangenen van kamp Buchenwald, interview 36, Dirk de Vries

Identifier
urn:nbn:nl:ui:13-y8e1-zb
Language of Description
Dutch
Dates
25 Jul 2001, 2 Mar 2015
Level of Description
Item
Languages
  • Dutch
Source
EHRI Partner

Creator(s)

Scope and Content

De heer Dirk de Vries woonde tijdens de oorlog in Hilversum. Hij vertelt dat hij tijdens de oorlog deel uitmaakte van twee verzetsgroepen. De ene groep was ontstaan binnen de zwemclub waarvan hij lid was. Met de andere groep had hij contact via zijn vader, die al voor het uitbreken van de oorlog Duitse vluchtelingen hielp vervoeren. Soms werd ook De Vries gevraagd om een vluchteling te begeleiden. Op een gegeven moment werd hij opgeroepen om te gaan werken in Duitsland. In juni 1942 kwam hij terecht in de Junkersvliegtuigfabriek in Kassel. Hij vertelt over het werk en de sabotageactiviteiten in de fabriek. Toen er te weinig werk was, werd hij overgeplaatst naar een fabriek in Chemnitz waar onderdelen gemaakt werden voor V1’s en de V2’s. Na te zijn beschuldigd van sabotage werd hij in november 1944 op transport gezet naar Buchenwald. Daar zat hij voor een periode van twee tot drie weken in het quarantainekamp. Eind 1944 werd hij op transport gezet naar kamp Witten-Annen bij Hagen. Hij moest er werken in een fabriek die pantserwagenwielen produceerde. Toen het Amerikaanse leger naderde, werden de gevangenen op transport gezet. Ze moesten richting Paderborn lopen. Uiteindelijk werden ze op 1 april 1945 in Lippstadt bevrijd. De Vries reisde met een vriend naar diens familie in het reeds bevrijde Limburg. Nadat ook de rest van Nederland was bevrijd, keerde hij begin juni 1945 terug naar huis. Met Nederlandse instanties – onder andere Bureau Volksherstel – had De Vries na 1945 veel negatieve ervaringen.

Conditions Governing Access

Physical Characteristics and Technical Requirements

video/mp4

video: H.264/MPEG-4 AVC

transcripts: MS Word 97 2003

Subjects

Places

This description is derived directly from structured data provided to EHRI by a partner institution. This collection holding institution considers this description as an accurate reflection of the archival holdings to which it refers at the moment of data transfer.