Narrated (In)justice - Casus 2: De Holocaust schadeclaims, interview 09

Identifier
urn:nbn:nl:ui:13-fp-8nqw
Language of Description
Dutch
Dates
1 Jan 1945 - 31 Dec 2014, 1 Jan 2018 - 31 Dec 2018, 23 Jul 2018
Level of Description
Item
Languages
  • Dutch
Source
EHRI Partner

Creator(s)

Scope and Content

In Nederland kwamen aan het einde van de jaren 1990 – net als in andere delen van Europa – verschillende restitutie- en compensatieregelingen tot stand met betrekking tot geroofd Joods bezit. Rond 2000 kwam het tot een aantal overeenkomsten tussen het Centraal Joods Overleg (CJO) en Stichting Platform Israël aan de ene kant en de overheid, verzekeraars, banken en effectenbeurs aan de andere kant. Als onderdeel van dit proces werd in 2001 de Stichting Maror-gelden (Morele aansprakelijkheid Roof en Rechtsherstel) opgericht. Het totaal gerestitueerde bedrag bedroeg €346,7 miljoen, waarvan tachtig procent beschikbaar was voor de individuele claims van ongeveer 34.000 overlevenden of hun kinderen. Het overige deel ging als collectieve Maror-gelden naar Joodse instellingen in Nederland en Israël. Daarmee accepteerde de Nederlandse overheid dat de behandeling van Holocaust overlevenden na de Tweede Wereldoorlog ‘koel’ en de toenmalige restitutie procedure ‘gebrekkig’ was geweest. Het onderzoek Narrated (In)Justice richt zich op de vragen: Hoe zijn de erkenning regelingen en de Maror-gelden door betrokkenen ervaren? Hoe kijken de betrokkenen naar deze processen? Wat kunnen wij van deze ervaringen leren voor andere groepen die erkenning van historisch onrecht vragen? Het doel was om beter te begrijpen wat de kansen en de beperkingen van dergelijke maatregelen van erkenning zijn. De dataset omvat 16 interviews met belangenvertegenwoordigers en onderhandelaars van de Joodse gemeenschap, Holocaust overlevenden en hun kinderen, en medewerkers van het Joods Maatschappelijk Werk (JMW). De interviews laten zien dat voor de vertegenwoordigers ook het proces op zich, nog los van de bereikte resultaten, van groot belangrijk was. JMW-medewerkers vertellen over hun ervaringen met Maror en andere maatregelen die gericht waren op de erkenning van het leed dat de Shoah/Tweede Wereldoorlog had veroorzaakt. De interviews laten zien op welke manier de maatregelen al dan niet betekenis krijgen: hoe zij familieleden soms dichter tot elkaar brengen, en soms verder uit elkaar drijven. Interview 09 is met Suzanne Pereira (1949). Zij heeft Maror gebruikt om via onderzoek de familiegeschiedenis een gezicht te geven. Het interview gaat over een tweede generatie zoektocht naar (zelf)kennis en identiteit

Conditions Governing Access

REQUEST_PERMISSION

https://dans.knaw.nl/en/about/organisation-and-policy/legal-information/DANSLicence.pdf

NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies

Subjects

Places

This description is derived directly from structured data provided to EHRI by a partner institution. This collection holding institution considers this description as an accurate reflection of the archival holdings to which it refers at the moment of data transfer.